Aantekeningen |
Op 15 juni 1702 stellen Maerten Huijbrechtsz POOT en Leentie Ariens VAN DER CHIJS, echtelieden te Vrijenban, voor notaris Cornelis 's-Gravesande te Delft een testament op op de langstlevende. In het testament wordt vermeld dat Maerten POOT zes voorkinderen heeft uit zijn huwelijk met Annetie Jacobsdr. Als voogden worden benoemd: Pieter Huijbrechtsz POOT en Arij Jacobs RIDDER (resp. broeder en zwager van Maerten POOT) en Arij Cornelisz van der Chijs en Cornelis Ariensz VAN DER CHIJS (resp. vader en broeder van Leentie VAN DER CHIJS.
[Bron: Gemeentearchief Delft, NA inv. nr. 2538E, folio 203-206]
Op 18 november 1710, een maand na het overlijden van Maerten Huijbrechtsz POOT op 12 oktober 1710, worden zijn weduwe en kinderen ingeschreven in het weeskamerregister van Vrijenban. De weduwe is Leentje Ariens VAN DER CHIJS en er zijn twee kinderen uit het huwelijk met haar: Sijmon (4 jaar) en Arij (2 jaar). Verder is er sprake van een woning met 28 morgen land aan de Mandjeskade. Uit het eerste huwelijk van Maerten Huijbregtsz POOT met Annetje Jacobs RIDDER zijn de volgende kinderen: Huijbregt (26 jaar), Aagje (24 jaar), Jacob (21 jaar), Pieter (19 jaar), Neeltge (18 jaar) en Maertje (16 jaar). Als voogden worden aangesteld Pieter Huijbregtsz POOT, bouwman en Cornelis Huijbregtsz POOT, ooms van de kinderen.
[Bron: Gemeentearchief Delft, Weeskamer Vrijenban, inv. nr. 144]
|